Gisteren onder bedreiging van springvloed aan de Nederlandsche Kusten de Affordable Art Fair bezocht. Overgevlogen van New York, Londen, nu bij de Westergasfabriek in Amsterdam neergestreken. In de mooie locatie, de ronde gashouder, in donker weer een beetje tochtige entree. De ronde hal zorgt voor een intimiteit die wel prettig is. Ook al is ‘affordable’ een engels woord, in Nederland zorgt de letterlijke vertaling voor een verkeerde opvatting van zaken. Affordable betekent niet goedkoop, wat synoniem zou staan voor een koopje, maar betekent dat het kunst is met een prijskaartje voor de gewone man. Vrouw. Mens. Gewone mensen. En het klopte.
Ik ben , eerlijk is eerlijk, meteen naar stand I.7 gelopen. Een fijn labyrinth. Kleine werkjes, grote werken, soms te veel werk. Ik groet dan wat namen en werk dat ik inmiddels al gespot heb -ben bijvoorbeeld fan van Chris Berens en houd Dorine Plaat in het oog. Ton Mertens, Ton Bouchier, hallo hallo- maar ook een voor mij grotere ster: Piero Pizzi Canella zijn prachtige tekeningen- en ook werk waar ik veel minder mee heb. Het was rustig aan het einde van de middag, dus ik kon goed kijken. Mode in de kunst: delfts blauw, kinderportretten in pastelkleuren, door-gefotoshopte-foto’s. Kwaliteit en prijsverhouding was inderdaad heel behoorlijk. Veel vierhonderdvijftigjes.
Mijn werk hangt mooi als je van links komt en als je van rechts komt is het alsof ze wat vager is als ik haar ken uit mijn atelier.
Ik sta te dicht bij dit werk om het in de enorme hoeveelheid van kunsten eromheen te kunnen beoordelen.
Ik zal haar haar eigen gang maar laten gaan, ze moet het toch zelf doen.
Wat ze inmiddels , (terwijl ik dit schrijft belt Antoinette me vanaf de stand), gedaan heeft.
Ik wens het echtpaar dat haar herkend heeft alle plezier met het werk!